Op maandag 19-02-2024 verscheen er een artikel in de media omtrent het betalen van spelers van het eerste elftal met lidgelden van de jeugd. Hoewel het artikel een zeer belangrijk principe deelt, waar ook Voetbal Vlaanderen achter staat, is het belangrijk deze boodschap te nuanceren.

Laat ons beginnen met het principe waar iedereen het over eens is: geld van de jeugd mag en kan niet gebruikt worden om premies van volwassenen mee te betalen. Punt. Voetbal Vlaanderen staat al jaren achter dit principe. In elke communicatie benadrukten we hoe belangrijk het was om een gezond en duurzaam financieel beleid te voeren, waar de klemtoon wordt gelegd op jeugdwerking, infrastructuur, community en een correcte toepassing van de wetgeving, eerder dan op riante premies uitbetalen voor spelers van het eerste elftal. 

Dat gezegd zijnde. 

Veel clubs namen naar aanleiding van het artikel van gisteren contact met ons op. En ze hebben gelijk. Je kan namelijk niet alle clubs over dezelfde kam scheren. Er zullen inderdaad nog clubs zijn die het principe niet volgen dat je geen lidgelden van de jeugd gebruikt om spelers te betalen. Maar er zijn ook heel veel clubs die net omgekeerd moeten bijpassen. Clubs waar het lidgeld van een jeugdspeler allesbehalve toereikend is om de kosten van die opleiding te dekken. We komen later terug op enkele concrete voorbeelden. Daarnaast zijn er vaak heel grote verschillen in de budgetten van clubs. Sommigen krijgen heel wat ondersteuning van hun lokale overheid op het vlak van subsidies, infrastructuur en onderhoud. Andere clubs moeten het dan weer doen met heel wat minder, wat het een pak moeilijker maakt om dezelfde opleiding te voorzien aan dezelfde prijs. Tenslotte is ook het opleidingsniveau een bepalende factor voor het lidgeld met als vuistregel: hoe hoger het niveau, hoe meer activiteiten, hoe beter de begeleiding, hoe duurder het lidgeld. 

Aangezien iedereen het eens is over het principe dat al het geld van de jeugd, naar de jeugdwerking moet gaan, is het nu tijd om goed na te denken over hoe we dat concreet vormgeven. Binnen het actieplan omtrent de buitenlandse overnames, dat focust op jeugdwerking en duurzaam financieel beleid, kwam dit reeds aan bod. Er is een juridische analyse gemaakt door een extern kantoor dat enkele inzichten geeft over potentiële oplossingen, bijvoorbeeld werken met 2 aparte rechtspersoonlijkheden. Maar deze analyse geeft ons zeker en vast niet de totaaloplossing. Een aparte VZW voor de jeugd is iets wat wij als Voetbal Vlaanderen al jaren adviseren aan onze clubs, maar niet verplichten. Bij heel veel clubs loopt het perfect met 1 rechtsvorm, en is het bijgevolg niet nodig om hen op te zadelen met extra administratieve verplichtingen. Die zijn er al genoeg. We zien daarnaast ook sommige clubs in de problemen komen waar al 2 aparte rechtsvormen bestaan. Het wil dus niet per definitie zeggen dat als je 2 aparte structuren hebt, je hoe dan ook goed werkt en de jeugd beschermd is. Daarom willen we ook de tijd nemen om dit ten gronde te onderzoeken en samen met onze clubs te bekijken. Zomaar extra verplichtingen opleggen, waarvan we weten dat ze toch niet helemaal sluitend zijn, dat zien we niet zitten.

We raden al onze clubs aan om zeer transparant te communiceren naar hun jeugdspelers- en ouders. Vaak ontstaan er vragen of bedenkingen over de lidgelden omdat er niet goed kan ingeschat worden, wat er juist met dat lidgeld allemaal betaald wordt. 

We ronden graag af met onze clubs oprecht te bedanken voor al het (vrijwillige) werk dat ze dag en nacht in de jeugdopleiding van onze voetballertjes steken. Voetbal is door hen nog altijd een van de meest laagdrempelige en inclusieve sporten, waar iedereen welkom is en waar je omgerekend voor een paar euro per uur een sportieve vrijetijdsbesteding en passie voor het leven in de plaats krijgt. Dit neemt natuurlijk niet weg dat het niet voor iedereen financieel eenvoudig is om hun kinderen te laten voetballen. Ook daar proberen we met ons nieuw project, de aanspeelbare club, aandacht aan te besteden.

Enkele concrete voorbeelden die ons bereikten:

  • Gewestelijke jeugdopleiding: “Een U6 – U7 – U8 en de U9 betalen €250 lidgeld, vanaf U10 tot U21 betalen ze €300 lidgeld. De werkelijke kosten voor het opleiden van een jeugdspeler is €520.”

 

  • Provinciale jeugdopleiding: “onze jeugdopleiding kost €605,98 per speler per seizoen. Daar tegenover staat een lidgeld van maximaal €315, afhankelijk van de leeftijd. In die €605,98 euro zitten alle kosten van trainers, accommodatie, energie, water kledij en ga zo maar door.”

 

  • Interprovinciale jeugdopleiding:
    • Onze totale kost is:
      • €73.000 trainers en coördinatoren 
      • €43.200 aan energiekosten 
      • €36.000 kledijkosten 
      • ⁠€117.000 % investeringen infrastructuur
      • Dit maakt een totaal €269.000
    • We hebben 415 jeugdspelers (spelers < 10j betalen €330 en de anderen €550)
    • Een jeugdspeler kost ons dus: €650/seizoen/speler